16 mei – Met vier personen ontwaken in een kleine ruimte die zowel dienst doet als keuken en slaapkamer, vind ik niet eenvoudig. Zoals iedere morgen probeer ik mijn rugzak te vullen in een bepaalde volgorde om niets te vergeten. Het lukt me, hmm dat dacht ik toch! Tot tweemaal loop ik terug naar de refuge omdat ik iets vergeten ben. Mijn telefoon en nadien mijn Sint Jakobsschelp. Met een goede opwarming vertrek ik uiteindelijk voor een nieuwe dag vol ontmoetingen en ervaringen.
Ik gekwaak van kikkers doen vermoeden dat er waterpartijen in de buurt zijn.
Een krachtige koude wind duwt me naar rechts. Ik kruis mijn benen links zijwaarts zodat ik terug op de juiste plaats wandel. Het doet me denken aan een danspas van vroeger. De naam ontsnapt me. De wind blaast de aren van het graan in alle richtingen. Als ik er naar kijk word ik bijna tiepsie (dronken). Een bejaarde man is aan het wieden in de tuin. “Bonjour monsieur, le vent qui souffle comment s’ appelle t’il”? “Le vent du Nord”. Hmm, geen ‘Tramontane’. Dit woord had ik liever gehoord, het doet me denken aan mijn grootouders toen ze in het zuiden woonden. Gewoon om me erop te wijzen dat ik verbonden blijf met het noorden 😉 .