
Gisteren was ik in ‘le temps de parole’ in Luik. De groep die vorig jaar werd opgericht in Chenee.
Er werden drie vragen gesteld. De eerste was…
‘Wat heb je verwezenlijkt in het voorbije jaar?’
‘Noem drie kwaliteiten op van jezelf.’ en de laatste vraag was
‘Kies iemand in de groep die je het best kent en beschrijf de persoon.’
Op het einde van het rondje was het mijn beurt. Ik werd gewaar dat ik niet op de vraag kon antwoorden zoals de anderen in de groep het net hadden gedaan. Vragen filtsten door meheen ‘Jasmine heb je schrik, hou je daar niet van, loop je van iets weg, kan je het niet, weet je niet hoe het moet, is dit voor je onbekend, kan je werkelijk niets zeggen van deze persoon, zelf geen goed woord en daarbij kwam die zware hamer die ik op mijn eigen hoofd sloeg ‘je bent geen goed mens’, spelbreker(ik heb dit zo vaak mogen horen en nog) … enz.’, tot ik mezelf een halt toe riep en tegen mezelf zei ‘neen, Jasmine niets van dit alles. want met al deze vragen die in mijn hoofd flitsten legde ik vroeger mezelf een enorm gewicht op mijn hoofd. Het gewicht van niet goed te zijn, want ik hoorde iedereen iets goed zeggen over de ander. Toen het mijn beurt was had ik geen tijd meer tot nadenken en dat was ook goed. Vroeger uit angst – faalangst was vaak present-
om niet goed te zijn en omdat ik het gevoel had dat er me verplicht iets werd opgelegd flopte ik er iets uit en werd ik me vaak nadien bewust dat wat eruit kwam niet vanuit een sereniteit kwam. Niet dat het niet gemeend was, het voelde vluchtig niet puur. Het vertrok niet vanuit diepe wortels en passeerde niet via de bron waardoor het zaadje geen kracht genoeg had om werkelijk te gaan groeien.
Ik sloot mijn ogen, maakte het stil in mezelf en gaf mezelf hierdoor de kans om mijn eigen ruimte gewaar te worden, te voelen en mijn innerlijke bron en kracht aan te spreken. Op het moment ik mijn ogen opende vloeiden de gedragen woorden in de ruimte.( Ik probeer hier zo zuiver mogelijk te herhalen wat ik deelde) “Ik werd gewaar dat de vraag iets met me doet en ik er niet kan op antwoorden. Ik ben namelijk gevormd door mijn verleden, gevormd door wat me omcirkeld, door een maatschappij waar ik in leef. Als ik nu een antwoord hierop zou geven dan zou het gekleurd en beinvloed zijn door mijn ervaringen en wat ik heb meegemaakt en zou er altijd een oordeel op zitten welke richting het ook uit gaat ” Het werd stil.