
Hmm, geen wekker vandaag. Geen bezoek gepland. Gewoon straks wandelen richting centrum Aswan en ik zie wel.
Ik ga naar het terras van het guesthouse waar ik verblijf. ‘David guesthouse’ niet echt een aanrader behalve als je heel krap bij kas zit. Ikzelf probeer van alles uit en baseer me op reviews en plaats. Via een de straat kom ik op het terras. Het ontbijt staat klaar. In een cellofaan papiertje zitten drie kleine broodjes. Op tafel ligt een tafelnap, het stof en vogelpoep neem je erbij. In een openbokaal zit Turkse koffie. Aan de muur hangt een kooi met twee kartonnen zijkotjes waar twee witte tortelduiven gevangen zitten. Hun nestje is even krap als de mijne, alleen ik ben vrij, zij niet. Op de grond van de kooi ligt wel vijf centimeter duivenpoep. Eronder op een bank staat een waterkoker…. mijn honger en dorst is sebiet gestild wanneer ik de duivenpoep erop zie.
Een jonge vrouw komt binnen. “Goedemorgen, spreekt u Engels, Frans?” ” Frans”, zegt de jonge twintig jarige vrouw.
De jonge vrouw komt net uit Soedan. Ze is er moeten vertrekken door de beginnende oorlog ginder. Ze was er ondertussen twee maand aan het werken. We delen over de mannen in het straatbeeld.
Ik deel haar mijn aanvoelen in verband met mannen en hun gedrag. Over de wisselwerking tussen blanke vrouwen en Egyptenaren. Het gaat blijkbaar haar petje te boven en begrijpt niet waarom blanke vrouwen zich aangetrokken voelen tot…Egyptenaren omdat zij eerder in Cairo was en zij voortdurend werd lastig gevallen door mannen. Ik deel haar wat mijn eerste indruk is van de Egyptenaren en dat ik me heel goed kan voorstellen dat vrouwen hier verliefd kunnen worden op een man. Ze hebben een bepaalde manier om de vrouw te benaderen die heel verleidend is en er zitten ook wel knappe mannen tussen. Sommige mannen hebben hier bleek blauwe ogen omringd door die donkere huidskleur, ze werken bijna als magneten.
Ik zie in haar non-verbaal gedrag wat ongemak wanneer we het hebben over sexualiteit en mannen. Haar ooghoeken gaan voortdurend opzij, alsof ze in een alertheid is. Dit voelt een beetje vreemd aan voor mij om dat bij haar te zien. De poort van de tuin gaat open. Een jonge man met donkere huidskleur, lang, smal, pekzwart krullend haar. Haar vriend.
Ik denk nog even terug aan de ontmoeting van gisteren met Caroline. Aan die korte vijf minuten samen net na mijn bezoek aan de Isis tempel en beiden op pelgrimstocht. Niets is zomaar zeg ik dan. Ik wordt vrolijk als ik eraan terug denk.
Ik vertrouw nu al zolang op dit niet tastbare mysterie die mijn levensweg kleurt, alhoewel niet tastbaar. Caroline zat wel duidelijk naast mij. Met dit vertrouwen neem ik het initiatief en neem ik contact met Anaïs met een vraag over de Egyptische mystieke school. Yes. Dit voelt goed en voel dat dit wat met me doet.
En nu afwachten.
Richting het centrum. Een man vertraagt met zijn taxi en rijd naast mij. “yes baby, no baby”. Brrrr, die uitspraak. ik negeer hem en wandel verder.
Een jongen van tien vraagt me met zachte glimlach ” money, madame, money.” Ik draai me om en neem contact met hem. Hij begrijpt me niet. Ik vraag aan de politieman onder een klein afdakje of hij Engels spreekt en mij begrijpt. Terwijl hij ja zegt zie ik aan zijn nonverbaal gedrag dat hij er niets van begrijpt. Een andere man, ongeveer een dertiger komt naar ons toe. Ik vraag hem begrijp jij Engels “ja” zegt hij. Ik zeg tegen de jonge kerel ” wil je het volgende delen aan deze jongen nl. Ik kan je mijn vriendschap geven maar ik ben geen bank.” Ik zie zijn blik veranderen, verwonderd in de negative zin. Onmiddellijk spreek ik hem aan en zeg : ” O, neen neen. Met het woord vriendschap is niet wat jij begrijpt of wat je ervan maakt. Het is niet het beeld dat jij over blanke vrouwen hebt of het beeld dat men je toont. Dit zit in jou eigen mind, niet in mijn gedachten. Het is niet wat ik bedoel.” Ik zie dat de politieman zich vragen stelt en komt erbij. O, O O snel verander ik het woord vriendschap in glimlach.” Wil je zeggen. Je kan mijn glimlach hebben maar niet mijn geld. ” Oef, ik was net op tijd.
Ik stap de kathedraal in genaamd naar de Aerts engel Michaël. Een gidse komt naar me toe. Ze neemt me mee en ik volg haar even niet wetend wat gebeurt tot ik voel dat ze meer van me verwacht. Ik ben eigenlijk binnen gekomen om rust op te zoeken midden de drukte. Niet om te weten hoe een Coptisch kerk in elkaar zit. “Excuseer, maar mag ik gaan zitten.” “OK, erna dan?” “Ik weet het niet. Sorry maar ik heb daar geen behoefte aan. Ik ben binnen gekomen om de stilte op te zoeken.” “OK, als je mij nodig hebt. Dit is mijn naam.” “Dankjewel”
Ik sta voorover gebogen over de balustrade kijkend naar de Nijl en het eiland Elephantine. Een jongen Mahmoud staat plots naast me en vraagt “Felouk, madame”. (felouk is een zeilboot). Ik onderhandel een prijs van 100 EGP voor een uurtje varen, de prijs voor Aswan.
Hmm, wat zalig om zo de avond af te sluiten, de stilte te horen op het water, de bedding te voelen door haar gedragen. De Nijl.
