Wanneer ik gewaar werd dat Ik in deze regio en liefst in Watou wens te aarden, schreef ik op volle Maan een korte tekst voor de aankondiging van een eerste vrouwencirkel.
‘Komaan Jasmine durven en doen, op jouw manier, en zo eenvoudig mogelijk’, sprak ik mezelf in. Het denken liet ik er graag buiten, zeker als deze niet verbonden is. Dan is er onrust, ben ik niet geaard en vertrekken de woorden louter als lucht. En woorden die louter lucht zijn, worden niet gehoord en verlies ik het contact met de voorzienigheid en vertikaliteit en is alles wat in de horizontaliteit is als mijlen ver.
Wanneer mijn woorden ontstaan vanuit de bron dan kan ik ze gewoon voelen vibreren en vertrekken ze vanuit een totaal andere plaats in mijn lichaam die een opwaartse beweging maakt om dan via het spraakkanaal tot leven te komen.
Toen ik de tekst begon neer te pennen het eerste wat ik schreef was, wat en dan kwam heel spontaan ‘Mandorla’. Met deze benaming roep ik de vrouwencirkel de wereld in.
Het deed me plots terug denken aan mijn aankomst in Rocamadour op mijn pelgrimstocht in 2017. Een paar kilometer ervoor stond ik in de nacht onder de sterren hemel voor een kruis met aan de voet de St. Jacob’s schelp en ernaast de Mandorle met Maria en Jezus erin afgebeeld. Als ik het beeld van de Mandorle nu voor de geest zie doet het me denken aan een beeld die ik zag in het museum van Luxor van Isis en Horus.
Toen ik voor eerste keer, de vorm van de Mandorla bewust zag bracht het mij in contact met de vrouwelijke polariteit. De dagen nadien stond alles in het teken van de vrouw. Werd ik op verschillende manieren geraakt niet wetend vanwaar alles kwam. Een krachtplaats die ik nooit zal vergeten. Ik probeerde, in overtuiging, de tekst rond deze gebeurtenis terug te vinden. Helaas en bijzonder dat ik er toen niet heb overschreef. blijkbaar voelde ik me er toen te onzeker voor.
Om één of andere reden heeft deze vorm me altijd geïntrigeerd, waarom weet ik niet. Ik zie het ook vaak in visuele meditatie en werkt het als een pulserende magneet.
Een Mandorle is een geometrische figuur in de vorm van een amandel. In de traditionele iconografie, geschilderd en gebeeldhouwd, is het ovaal waarin Christus, de Maagd Maria, heilige figuren zijn gegraveerd in een onsterfelijke glorie.
Door zijn geometrische vorm is het verbonden met de symboliek van de ruit maar dan met afgeronde zijhoeken.
De betekenis ervan is de vereniging van hemel en aarde, van de lagere en hogere werelden. Vandaar het gebruik die perfect past bij heiligen. Het symboliseert het overwinnen van het dualisme van materie-geest, water-vuur, hemel en aarde, in een harmonieus gerealiseerde eenheid.
De amandel, wat wij eten, zit in een harde omhulsel en zijn onlosmakelijk verbonden met elkaar. Symbool van het wezenlijke dat verborgen is in het accessoire, van spiritualiteit versluierd door uiterlijke doctrines en praktijken, van de werkelijkheid gemaskeerd door de schijn, de waarheid, de schat, de Bron die verborgen is.
Mahmûd Shabestari, een Mysticus en Perzische Sufi dichter zei ooit: “Wanneer de migrateur, de zwervende, de rondtrekkende persoonlijke zekerheid heeft bereikt, is de amandel rijp en is de schil gebarsten.”
Of Abd al-Karim die zei :” Laat de schors en neem de vrucht. Wees niet één van degenen die het gezicht niet kennen, maar ontdoe je van de sluier. “
….