Éric en zijn boubou

Ik verlaat de camping in Nukerke via Louise-Marie richting Ellezelles al puzzelend met de verschillende GR routes.
Ik herken wat plaatsen waar ik kwam op mijn vorige lange tochten.
In de verte, in de hoogte zie ik een man zitten in een wei, aan zijn voeten een Duitse herder. Éric en zijn boubou ( Eric bedoeld zijn hond) Kito genaamd. “Wandel je de weg van… ach, hoe noemt hij nu weer van op de televisie. Hij is hier langs gekomen en hebben gefilmd in mijn boerderij”, terwijl hij wijst met de vinger richting het grote gebouw op een hoek. “Ik ben de hoefsmid van in de reeks van… hoe noemt hij nu weer… Arnout, Arnout Houben.” ” Je bedoeld de GR129. Ja, ik gebruik deze weg nu en straks neem ik een ander”. Ik maak kennis met zijn hond Kito. Eric komt water geven aan zijn paarden. Terwijl hij wacht vraagt of hij een foto van mij mag nemen.

Vóór de markt van Ellezelles stap ik een plaatselijke biowinkel in. Ik koop er verse kaas en spread. Met een beetje overdaad, vooral voelbaar aan het gewicht van mijn rugzak en mijn… portemonnee. Verlaat ik de winkel en steek de straat over naar een kleine zijdeur van de kerk. Een gekende geur is aanwezig van een oud gebouw in natuursteen en houten lambrisering. Dezelfde geur die ik vaak in kloosters terug vind.

Op de markt in café ‘La Mairie’ neem ik een rustpauze. Ik mag er mijn picknick eten terwijl ik een potje koffie drink. Na een eindje komt de zaakvoerder terug met mijn drinkfles die ik hem meegaf om te vullen, “als je het hoort tikken, niet verschieten hé. Ik heb er ijsblokjes bij gedaan”, deelt hij met een zachte glimlach. “Och wat lief van je, dankjewel”.

Voor de kerk staat een groot floraal beeld van een heks. Vele motards die deze morgen vertrokken zijn uit Rollegem (West-Vlaanderen) op motortreffen laten zich vereeuwigen voor de reuze vrouw.
Op de kerktoren staat 1643.

Na een lange rustpauze zet ik mijn weg verder richting Ath.
Op één paal staan verschillende nummers van knooppunten en een tekst ‘La Wallonië- Picardie à pieds’. Oe, zijn wij hier in Picardie. Ik mis iets of ik ben niet helemaal wakker. Niet erg, niet zo van belang.

De vogels zitten met hun bek open op het weiland tussen de koeien die het – van wat er nog van overblijft- groene gras aan het eten zijn. Behalve de buizerd die af en toe te horen is, zijn de andere geluiden van de vogels schaars.
Een haas rent vóór me weg. De bladeren van de smeerwortel zijn talrijk aanwezig. Hier en daar zijn de bloemen ervan zichtbaar.
De zon heeft wat van haar kracht verloren en daar ben ik niet ontevreden mee. Het is ondertussen 18u. In Bouvignies ga ik opzoek naar een plaats waar ik mijn tarp kan opzetten. Ik zoek richting het kerkhof. Daar is altijd water. Na vragen van wie het stuk landgrond is om de toelating te vragen kom ik uiteindelijk aan in de tuin van Frédéric, Marianne en Julie waar ik hartelijk wordt verwelkomt. Een kamer met bed, een douche in de badkamer werd me aangeboden. Ik verkoos om buiten te slapen en een heerlijke douche te nemen in de tuin. Met één gunst vraag, of ik even in hun zwembadje mocht duiken. En ja… Een dompelbadje na een lange dag wandelen. Merci Frédéric, Marianne et Julie pour votre gentillesse et hospitalité.

Hier een kortfimpje

Hier nog wat beelden