Hijab

Terwijl de zus afruimd zetten we het gesprek verder van de Hijab. “Wil je mijn haar zien”, vraagt Safaa terwijl ze een beeld zoekt op haar telefoon.
“Herinner je nog Safaa ons gesprek deze morgen rond je vraag van LGBTQ”
“Ja”, terwijl ze voorover buigt en dichter komt. “Weet je nog toen je zei dat Allah, God ons perfect creëerde.” Met enthousiasme pikt ze in, “Allah, maakte ons zo schoon en creëerde ons naar een zeer goed beeld. Dus waarom zou ik als vrouw me moeten veranderen in een man”, het is duidelijk dat dit moeilijk ligt voor haar. “Laten we dit opzij laten en terug gaan naar ‘God of Allah creëerde je schoon’. Ik stel me de vraag waarom zou ik dan mijn haar moeten verbergen?” Ze gaat praten met haar mama en komt terug bij mij “Omdat we in de islam leren dat we gans ons lichaam moeten verbergen omdat de man ons lichaam niet mag zien. ‘Oh, ik wil dat, ik wil sex met haar’ om dit te vermijden. Om ons te beschermen tegen de man. Heb je al gehoord van intimidatie?”, vraagt Safaa.

Wat kan ik dit begrijpen als vrouw, ik heb me vaak ongemakkelijk gevoeld bij blikken die mannen werpen op vrouwen.
Terwijl ik hier nu over dit gesprek schrijf komt de gedachte bij me op of dit de reden was waarom ik in mijn jeugd in de mannenafdeling kleren kocht.
Liggend op mijn bed, kijkend naar een kleurrijk plafond en de airco voelbaar op mijn huid ga ik terug in de tijd. Ik ben gewaar dat dit niet in één reden te vatten is. Ik ben opgegroeid tussen twee jongens. Ik heb het gevoel gehad dat ik als meisje niet welkom was. De vrouw werd tijdens feestjes onder de noemer van humor en in verkleed partijen met de grond gelijk gemaakt, als kleine ukkepuk begreep ik er niets van. Als puber aanvaarde ik mijn lichaam niet. Een buurman en een nonkel konden hun handen niet thuis houden en hadden grensoverschrijdend gedrag. Grensoverschrijdend gedrag onder de vorm van humor, daar werd dus mee gelachen terwijl het fout was.
Laat ik dan nog zwijgen over het grensoverschrijdend gedrag van een non die onder mijn rok ging zonder te vragen. Macht en manipulatie werd gebruikt door mijn leeftijdgenoten om mij onder druk te zetten en iets te bekomen van mij, terwijl mijn bovenkamer en lichaam in angst schoot. Ik heb fysiek geweld gekend omdat ik een meisje was en daardoor werd gezien als zwak.
In mijn vooroudelijke lijn aan beide kanten werd de vrouw uitgebannen uit de familie. Aan de ene kant werden alle bruggen opgeblazen van de moeder met haar dochters en de andere kant werd de vrouw zo goed als weggeduwd, ze kon niets goed doen en werd niet herkent in wie ze was. Meng dit in een grote kom, voeg daarbij een portie maatschappij bij, en waarschijnlijk vergeet ik nog een portie ingrediënten een dikke brij dus. Ik wordt me bewust welke kracht ik in mij heb om doorheen al deze situatie te zijn gekomen en deze te hebben getransformeerd en ze vrij zijn gekomen. Ik voel dat deze bewustwording me raakt in mijn hart.
Ik zie plots een beeld voor me van een half lichaam, naakt, wit, sensueel vrouwenlichaam die met één been uit een zwarte marmiet stapt. De andere kant is niet zichtbaar, het hoofd ook niet. Terzelfde tijd wordt ik gewaar dat er iets heel ouds door mijn lijf aan het bewegen is en zijn weg zoekt. Ik voel een kwaadheid of neen het is eerder een heel diepe oneindige voelbare kracht. Alsof het niet alleen van mij is. Twee tranen vloeien zachtjes uit mijn ooghoeken en rollen over mijn wangen. Mijn lichaam zoekt een manier om deze energie te kanaliseren. Mijn voeten worden krachtig in de matras gezet. Mijn armen komen in een hoek van 90 graden op schouderhoogte met gebalde vuisten. Ik wordt vuur gewaar in mijn lijf, duw mijn lijf naar boven en voel een kracht die uit mijn bekken komt en hoewel de klank niet met de oren hoorbaar is, brul ik uit. Het beeld die ik heb is een rood wezen, wat blokkig gespierd met een gezicht met uitstekende tong. Doet me denken aan beelden die aan de ingang van een tempel staan in het Oosten. Dit duurt nog geen minuut en mijn lichaam komt terug in de matras. Het beeld verdwijnt. Kort en krachtig. Mijn bekkengebied voelt plots ruimer, mijn lichaam ontspannen. Het kwam en het verdween.

Ik kom terug in het verhaal met Safaa. Waar was ik gebleven. Intimidatie.
“Weet je Safaa onze generatie, de generatie van mijn ouders. We hebben niet geleerd hoe om te gaan met sexualiteit, met onze driften. Er werd niet gesproken over gevoelens en gewaarwordingen. Sexualiteit was taboe. Er werd wel gedeeld via een bord in de klas hoe een lichaam eruit zag en hoe een baby tot leven kwam. Ik weet dat ik me onwennig voelde tijdens die les. Maar daar dieper op ingaan daar was geen ruimte voor. Het bleef bij de tastbare materie. Verder dan dit was er niets. Sexualiteit daar kan van alles rond gedaan en gedeeld worden. Al te beginnen met hoe gaat men in verbondenheid, hoe benader je elkaar. Over elkander respecteren, luisteren naar elkander. Er werd vaak geen verschil gemaakt tussen in Liefde met elkander zijn, elkander beminnen en sex hebben met iemand waar geen liefde aan te pas komt. Wanneer ik 20 jaar was vroeg ik aan mijn moeder of ik de pil mocht nemen. Ik had schrik om zwanger te worden. Mijn moeder verwees mij naar mijn vader. Dit was voor mij heel gênant.”


” Het is de vrouw die haar lichaam moet bedekken en de man die zijn ogen dient te sluiten”, zegt Safaa waarbij ze aan toevoegt “Islam beschermt de vrouw.” “Maar Safaa een vrouw is niet beschermd omdat ze kleren draagt. Er zijn een tal van vrouwen op de wereld die dagelijks misbruikt worden terwijl ze kleren dragen en zelfs de Hijab.”
“Safaa, heb je je al eens afgevraagd wie deze wet creëerde? Of eerder wie deze mentaliteit startte, en waarom? Het is Allah of God niet.”, een lange stilte volgt. “Het is belangrijk dat je blijft luisteren naar jezelf. Dat je voelt, gewaar wordt. En voor jezelf uitmaakt ‘klopt dit of niet’. Is dit iets van mij of iets wat ik gehoord heb maar misschien geen realiteit is en of vervormd.
Dat je je open blijft stellen en niet zomaar gelijk wat als waarheid aannemen. Je dient zelf, binnenin jezelf aktief te blijven. Zoals nu je nieuwsgierigheid, blijf deze behouden. Ik ga even een voorbeeld geven. Stel dat je ergens in het donker, gekleed door een straat wandelt en er is niemand aanwezig. Hoe zal je je voelen? “

” Bang”, antwoord Safaa heel snel. “en je bent in een straat dat je niet kent” “Natuurlijk bang”, zegt Safaa terwijl de angst bijna hoorbaar is in haar intonatie. “OK, waarom heb je schrik?” “Waar wil je naartoe”, vraagt ze me al lachend. “Safaa, ik zou graag hebben dat jezelf de moeite doet om na te denken”
“Omdat het donker is, ik alleen ben en ik de weg niet ken”
“OK, en heb je schrik van het donker of de gedachte, wat kan er gebeuren in het donker”, vraag ik.
“De gedachte”, antwoord ze.
” Wat kan er gebeuren in het donker. Is er een mogelijkheid dat er iets kan gebeuren?”
“Alles wat er in je mind is kan gebeuren”, beseft ze.
” Klopt. Alles wat in onze mind is.
God heeft ons niet geleerd om bang te zijn”

Ik ga naar Adam en Eva en de appel. Niet de appel die geïnterpreteerd geweest is als iets slecht. Voor mij is hij eerder het metafoor voor wijsheid. Over de balans, evenwicht in onszelf tussen mannelijk en vrouwelijk polariteit. Waarop Safaa onmiddellijk deelt wat wij gelijk hebben in onze godsdienst nl. het verhaal van Adam en Eva en deelt “voor de start van de Islam gebruikte ze ons als een machine.” hoor ik haar zeggen….hmmm… Oef, wat een zware uitspraak.

Bij Adam en Eva begon het reeds met een interpretatie, invulling zonder wijsheid. Want wordt het niet vaak gezien als, dat Eva was die uitdaagde met haar appel.

Eva, wat betekent en vertaald volgens de letters en waarde van de Hebreeuwse taal, wordt als degene die de Goddelijke Adem en Licht van Leven schenkt. Zij vertegenwoordigt de gever en activator van onze Menselijke Goddelijkheid – Goddelijke Mensheid.
We worden door haar geïnitieerd door de aard van dualiteit naar Eenheid te doorkruisen. Ze leidt ons de weg naar de Hof van Eden, om in ons te worden gewekt.

En zo vulde onze namiddag met lange en boeiende diepgaande gesprekken. Na de volle warmte van de dag en omdat mijn lijf de behoefte voelde om in beweging te komen, neem ik afscheid van Safaa en haar familie. En wandel richting het Nubian museum. Na het museum die heel interessant was om deze regio te leren kennen en met het prachtig beeldje van Isis die de borst geeft aan Horus. Doet me denken aan het beeld van Maria die de borst geeft aan Yeshua.
Geniet ik van een rustige avondwandeling voor het slapen gaan in het kleine holletje middan de drukte van de stad.

Safaa

Een vrouw komt aangewandeld met een kind aan de hand. Ik steek mijn handen uit en maak teken dat ik haar het brood wens te schenken. Ik zie dat de vrouw er niets van begrijpt en ze roept een buurvrouw. Een tengere vrouw met donkere lange haren komt een deur openen. “Come come” En maakt teken met haar handen dat ik naar binnen mag. “Sit sit”, terwijl ze teken maakt naar een stenen zitbank. Een vrouw van oudere leeftijd komt erbij. Haar moeder. En wat later komt nog een vrouw uit de keuken. Jonger en gesluierd, ze praat vlot Engels. Safaa.

Ik leg haar wat mijn bedoeling was met het brood. Een plastieken stoeltje wordt naast me gezet, koekjes en thee volgen.
Ik zit er op het gemak en in nog geen half uur later wordt gans de familie aan me voorgesteld, behalve een zus die in Cairo woont, een broer in Dubai en nog een zus in Yemen. De reden waarom Safaa en vier van haar zusters Engels spreken was dat haar moeder deze kans niet kreeg als kind en ze analfabeet is. Haar analfabetisme houd ons echter niet tegen om onder vrouwen elkander te begrijpen.

Ik zie haar broer iets nemen ergens op de grond en probeert met een ander stukje terug één geheel te maken.
Haar broer vertelt iets tegen de zus waarbij Safaa me een stukje hars schenkt met een tekst erin gegraveerd en pareltje eraan, die ooit deel uitmaakte van één geheel die nu verdwenen is. “Koran, Profeet Mohammed”, zegt de mama. Ik vraag haar waarom hij het me niet zelf heeft. Safaa vertaalt wat haar broer zegt, “omdat hij een man is en zijn geloof respecteert. Hij mag niets geven aan de vrouw.” “Ah ok, dan aanvaard ik het graag op deze manier”, terwijl Ik knik en hem dank. “Niet op de grond leggen” vervoegd Safaa eraan toe.

Ondertussen zijn we verhuist naar een verdiep hoger in een kamer waar enkel zetels staan, een tapijt op de grond en aan de muur een portret van de vader, neef van de moeder die drie jaar geleden is overleden. De moeder laat merken dat ze hem mist wanneer ze naar het beeld kijkt.

We hebben intense gesprekken, waar ik soms schrik van de vraagstelling en niet zo goed weet of ik erop in ga, omdat het onbekend is hoe ze hier tegenover bepaalde zaken staan. Ik waag me in de cirkel van vrouwen, haar moeder, een zus, Safaa en ikzelf en laat de onzekerheid opzij.
We spreken over de Bijbel en over de Koran. Over Maria en Isis. Over het moment dat ergens in de geschiedenis de man macht nam over de vrouw. Over het vrouwelijke en mannelijke in onszelf. Over controle en intuïtie. Safaa is een heel nieuwsgierig jonge vrouw met diepgaande vragen waar ik van hou.

“Wat is je naam?” “Jasmine” “Yasmeen”, zegt Safaa verwonderd. “Neen maar je echte naam”. “Dit is mijn echte naam” “Een Arabische naam! “. Ze geloven me niet echt en er wordt rond mijn naam heen en weer gebabbeld. Ik leg hen uit vanwaar mijn naam komt. Ik zie blije gezichten.

“Wat vind je van LGBTQ’, vraagt Safaa en vervolgt, ” Geloof je dat? Is dit juist? Vind je dit normaal? ” Ik laat een stilte.” Eerst wil ik je delen Safaa, ik heb niet te oordelen of het juist is of niet”, terwijl ik haar aankijk. “Ik wil je graag vragen Safaa. Wat is normaal voor je?” Waarop ik het antwoord krijg,” gay, lesbiennes,..” ” Neen, ik vraag je wat is normaal? ” ” Een man is een man, een vrouw is een vrouw” “Dit is wat ze ons geleerd hebben”, ik laat een rust. “Deel verder, jou manier van denken boeit me”, zegt Safaa.
Ik sluit mijn ogen en laat binnensijpelen. Hoe ik kan delen dat niets zwart-wit is. Hoe kan ik haar meenemen weg van het denken in vakjes naar het autonoom denken. Stel ik mezelf de vraag. Ik open terug mijn ogen.
“Jij bestaat, je moeder heeft je het leven geschonken. Je hebt hersenen en kan zelf denken. Je hebt een hart en kan zelf voelen en gewaar worden “. “Ik ben geboren met een vrouwen lichaam”, met een intonatie van onbegrip. “Dit is wat je ziet, wat je weet met de mind omdat het je zo aangetoond geweest is sedert kleinsaf..Een lichaam is meer dan dat. Veel is niet zichtbaar met het oog. Net zoals God niet waarneembaar is”
“God creëerde ons het best, naar een perfect beeld. Dit is slecht… ” zegt Safaa.


Ik zie een twintig jarige rechtover mij die me zovele jaren achteruit brengt. Ze brengt me de spiegel hoe ik zelf soms kon zijn. Een blik, die wist welke richting ze uitwilde maar met een weerstand om bepaalde dingen te willen zien uit zelfbescherming en terzelfde tijd de nieuwsgierigheid die me duwde naar het onbekende. Ik zie voor me een vrouw die geboeid is in het leven, die vooruit wil.
“God creëerde ons. Hij gaf ons een lichaam. En dit lichaam bestaat uit van alles en nog wat die meer is dan wat ons hoofd weet. Soms ben je verliefd en gebeurt er van alles in het lichaam. Iemand die je ontmoet kan iets wakker bij je maken. Je gaat gewaarworden wat het met je doet. Je ontdekt zonder oordeel of voorgekauwde beelden wat het met je doet. Ook dit is ons lichaam. ” Ik observeer
“Wat is liefde voor je?” vraag ik haar. “Het is het enige die waar is in mijn hart”, komt er snel als antwoord. “Deel je dit vanuit je hoofd of vanuit een diep voelen, een weten die dieper vertrekt vanuit je Zijn, wie je bent? Probeer even je ogen te sluiten, ga naar binnen. Maak het stil in jezelf”, terwijl ik het zelf voortoon met een hand op mijn hart en de ander op mijn buik, “en stel je zelf de vraag ‘wat is liefde voor me’. Je hoeft me geen antwoord te geven. Hou het bij je. Als het te snel gaat zit men vaak in het mentale.”, terwijl ik terug mijn ogen open. “We hebben onze gevoelens. Wanneer je verliefd wordt op een man…” ik kan de zin niet afmaken waarbij Safaa zegt “Dat is normaal” ” Dat is normaal voor jou vandaag en misschien binnen twintig jaar als we elkander terug ontmoeten, is wat je vandaag normaal vind anders. Laat het open, zonder in te vullen. Er zijn dingen die we met onze mind niet altijd kunnen onmiddellijk begrijpen en we hoeven ook niet alles te begrijpen. We hoeven het niet met iedereen eens te zijn. Het belangrijkste is dat we Samen kunnen Zijn.” Ik hoor haar moeder iets zeggen waarbij Safaa van onderwerp verandert.

” is dit geluid vervelend voor je? “, Safaa heeft het over de Muezzin die het gebed opzegt.” Neen” “Het is een gebed, weet je dat?” vraagt ze me verwonderd. “Ja”. Wanneer we het hebben over het geloof zijn we het allen mee eens dat wat ze ons laten zien of horen via media het niet een realiteit is en dat we gemanipuleerd zijn. Dat de media toont wat ze ons willen doen geloven. Zo is het bij ons over de Islam, zo is het hier over het Christendom. De politiekers, machthebbers halen één fragment uit een context om hun slag binnen te halen. Dat in situaties de media er is om de mensen tegen elkander op te zetten. Terwijl hier in Egypte Christenen en moslims vredig met elkander samen leven.

“Wat denk je van het hijab, het hoofddoek.” “Ik heb daar niets over te denken. Het is jou keuze om die te dragen”. Ik hoor de moeder aan de andere kant er iets tussen zeggen. “Wat zie je?” ” Ik zie een mooie vrouw. En wanneer ik naar je mama kijk, zie ik een mooie vrouw. Ik ben wel iedere keer nieuwsgierig naar hoe de haren eruit zien onder het doek.” Ze lacht. Ze vertaald ondertussen het gesprek aan haar mama. Haar mama zegt dat Maria ook dit hoofddoek draagt en dat haar lichaam perfect was. Ik knik bevestigend wat het hoofddoek betreft, de rest kan ik niet op antwoorden.

Wanneer ik hier naar een vrouw kijk met hoofddoek, werkelijk Zien. Met een neutrale blik, zie ik iets zacht en gaat de blik gericht naar het gezicht en niet ergens anders. Geen andere prikkels. Het werkelijke gezicht is voor je, er is niets aan toegevoegd, niets weggenomen en de blik blijft gericht naar de persoon. Daar waar velen denken dat er een tekort is, iets werd afgenomen. Zie ik net de meerwaarde. En ik heb het hier niet over de volledig gesluierde vrouw waar de ruimte, tijd en mogelijkheid er nog niet is geweest om in een ontmoeting te gaan. Heel vaak voel ik bij de volledig gesluierde vrouw een vermijdingsgedrag. Ik heb het ook niet over verplicht, over het gedwongen dragen.

De zus van Safaa komt in de ruimte met een grote schotel met daarop een heerlijke maaltijd. De geur is verrukkelijk. Een vers gebakken kip uit eigen kweek, groentjes staan nog te pruttelen en versgebakken brood. We delen samen deze overheerlijke maaltijd. Ik vraag of haar zus erbij komt, maar ze heeft reeds afzonderlijk gegeten in de keuken. Haar moeder dringt aan om veel te eten, mijn maag kan echter niet veel binnen krijgen door de warmte. Op het einde van de maaltijd maakt de moeder een broodje klaar met kop ertussen die ik als maaltijd mee krijg voor deze avond.