
Terwijl ik onder de Linde boom sta met de gekleurde en al reeds een tapijt aan bladeren op de grond, wordt ik me bewust dat mijn 4 de seizoen hier in Watou ten einde loopt.
Toen ik laatsleden te horen kreeg dat ik hier weg moest, krijg ik sedertdien continue de nummer 11 te zien. En nog altijd sedert mijn tocht ‘Mare a Mare- Mer à Mer-Mère à Mère’, 2 jaar geleden de nummers 31 (4) en 71 (8) te zien. Soms zo veel dat het me overdonderd.
Maandag zat ik ergens een koffie te drinken. Aan het venster staat een lamp. Toen ik in het venster keek was de reflectie van de lamp een 11.
In de namiddag had ik een één op één sessie met Anaïs Theyskens. Na een korte uitleg over het huis, de gebeurtenissen hier in het dorp in de laatste week van mijn 9 maanden hier hebben gewoond en mijn vertrek naar de Mont Saint Michel, mijn gewaarwordingen.
Ligt er een kaart op tafel een 11, met een bliksem als beeld.
De kaarten op tafel wijzen erop dat ik iets mag doorbreken. Opzoek mag gaan naar een veilige thuis, waar ik mag Zijn, vrijuit spreken zonder ik me moet inhouden…
’s Avonds schrijf ik een brief naar de Aertsengel Michaël en vraag ik om mij te helpen om koorden door te knippen.
’s Anderendaags bij opstaan schrijf ik een brief naar Thérèse de Lisieux en vraag ik haar aanwezigheid en hulp. Dankbaar dat Anaïs op mijn weg is gekomen.
Toen ik in een paar maanden geleden ‘les 7 routes’ de pelgrimstocht van de Aertsengel Michaël aan het stappen was. Werd ik in de laatste week gewaar dat Bretagne me riep, me aantrok. Beetje verwonderd niet wetend vanwaar dit gevoel. Dit liet me niet meer los. En ergens diep van binnen weet ik dat ik die roep te volgen heb.
Het is al een paar jaar dat Frankrijk me aantrekt en dat ik stappen onderneem maar uiteindelijk kwam het er niet van. Er was altijd wel iets die er tussen kwam. Of was het angst. Ja, deels wel.
Angst voor het onbekende, alhoewel wanneer ik op pelgrimstocht ben is iedere dag iets onbekend en toch heb ik het volledig vertrouwen in wat het leven me brengt en schenkt. Waarom zou ik dit hier dan niet vertrouwen. Omdat er een gevoel aanwezig is van ‘achterlaten’. Mijn loyaliteit naar mijn ouders.
Ik voel de laatste week mijn lijf in spanning gaan. De zoektocht naar een woonst speelt me parten en zorgt ervoor dat mijn vrij ademen belemmert wordt. Stress. Ik voel me bij de keel gegrepen.
Nog maar 2 maand om een woonst te vinden.
Vorige vrijdag ga ik even op stap naar Oost Vlaanderen naar de huidarts. Ik beslis bij de terug keer even in Gent af te stappen om een kaart te halen van Bretagne. En kies ervoor één trein later te nemen.
Op het spoor roept iemand me. Mijn nicht, familie langs mijn moeders kant.
We praten bij en delen wat ons leven van de laatste maanden.
Bij aankomst in West Vlaanderen zie ik een bericht op mijn gsm “Als je wilt mag je in het huis van mama gaan wonen. “. Het huis van mijn tante.
Ik word gewaar dat dit van alles met me doet….. Help….
Mijn hoofd slaat op hol. Bretagne, Menen, doorbreken, ik voel me uitgedaagd… Het gevoel dat ik één stap vooruit zet en twee achteruit. Waarom Menen, die net te maken heeft met iets doorbreken.
Een fikse huilbui barst los. Kort en krachtig. Ik herpak me. ‘Jasmine, komaan blijf bij de pinken. Wat heb je nu in de eerste plaats nodig. Een dak boven je hoofd waar het veilig en warm is.
‘ ja maar en Bretagne dan. Jasmine gun jezelf wat rust nu. Ook al zou je niet meer voor Menen kiezen. Het is maar provisoir.
Zo was ik een monoloog aan het voeren. Ik kwam rustiger en nam spontaan mijn pendel. Dit was een eeuwigheid dat ik deze had gebruikt. Ik kreeg op al mijn vragen een ‘Ja’.
Even naar Menen als tussenpauze om in alle rust een woonplaats te gaan zoeken in Bretagne. Dit heb ik NU nodig.
De dag nadien stuur ik een bericht dat ik het voorstel aanneem….
Mijn nicht maakt me er attent op dat we vrijdag de 11de zijn…
De rust komt terug. Wat heeft die huilbui deugd gedaan. Het ene en het andere word me duidelijk.
Op een bepaald moment komt er een beeld en boodschap binnen. Ik zie een stuk land vanuit vogelperspectief en een spiraal die uitreikt van zee naar zee.
Plots kan ik zien en wordt ik terug gereflecteerd naar momenten op mijn 9 jaar pelgrimeren waarbij bepaalde gebeurtenissen zuiver op één lijn komen te liggen.
In 2018 (11) wees een triskele me de weg naar Monte San’t Angelo en kwam ik op de lijn terecht van de aertsengel Michaël terecht zonder ik het bestaan ervan af wist.
De Triskele staat in het midden van de Keltische vlag die de 8 Keltische Naties representeren waaronder Bretagne.
Rocamadour was de eerste plaats tijdens mijn pelgrimeren waar er voor mij dingen gebeurden die ik mentaal geen plaats kon geven. 3 dagen kreeg ik huilbuien niet weten vanwaar het kwam er was ook geen oorzaak om.
De eerste dag begon het in de ruimte waar een zwarte madonna staat en boten hangen (die ik pas 3 jaar nadien had gezien na mijn tocht Mare a Mare) . De tweede dag stond ik er bovenaan op de rots recht over een kruis aan de andere kant van de rivier. Ik liep een kruisweg in omgekeerde richting. De derde dag waar ik op het binnenplein van het Sanctuaire stond. Ik zag de deur van de hoofdingang, de trap naar binnen en stond aan de eerste kapel van Johannes de Doper. De manier hoe deze plaats gebouwd is, in een spiraal was voelbaar en zichtbaar in mijn lijf.
En dan het moment dat men mij vroeg of ik deurwachter wilde worden van het sanctuarium. Zorg dragen voor het sanctuarium, voor deze krachtplaats. Wat een mooi en waardevol gebaar mocht ik toen ontvangen. En hoewel dat ik vereerd was en de behoefte zeker aanwezig was toch voelde ik dat de tijd er niet rijp voor was. En wat heb ik dit goed mogen aanvoelen.
De dag toen ik Rocamadour verliet kwam ik bij een man terecht. Hij wist me te vertellen “dat heb je goed gewaar geworden Rocamadour ligt namelijk op een leylijn.”
En dan mijn tocht Mare à Mare. Met het woord ‘Mira’ die ik 3x ontving in een droom en me nadien duidelijk de weg toonde richting ‘Magdala’ waar Thérèse de Lisieux op mijn weg kwam en me uiteindelijk naar hier bracht.
Telkens geraakt en aangesproken worden op plaatsen waar Maria in verbondenheid staat met het water, wat ze eigenlijk altijd is. Madre de la Barca in Muxia in de Finistère in Spanje, het houten kerkje van Maria in Mira. Notre Dame de la Baie in Saint-Pair- sur-Mer.
Rocamadour blijft in mijn Zijn aanwezig en ik wordt gewaar dat er iets is die aan het licht wens te komen. Ik herinner me een verhaal van een bel ‘La cloche miraculeuse de Rocamadour’, een boot, water. Ik ben nieuwsgierig en zoek op.
Deze wonderbaarlijke klok, is vervaardigd vóór de 9e eeuw en is van zeer zeldzame makelij. Deze werd gesmeed en niet gegoten, zonder windlade, met een soort handvat om hem aan de kluis te hangen. Ze getuigt van de bescherming van de Maagd Maria, “Ster van de Zee”, voor zeelieden in gevaar.
Aan de muur kan men data terug vinden waarop de klok uit zichzelf begon te luiden tijdens de gebeden en tussenkomst van Maria.
Beetje verder in de tekst zie ik staan ‘A Camaret sur Mer, une chapelle est érigée en l’honneur de Notre-Dame de Rocamadour.’
Ik zoek op waar Camaret sur Mer ligt…
In de Finistère in Bretagne op een paar 10 tallen kilometer van een Leylijn van Arcangel Michaël.

