Maandagmorgen… Hmmm heerlijk ontwaken met de zon. Ik maak me klaar voor een afspraak bij de arts.
Aangekomen geef ik mijn medisch verslag af en vraag om een afspraak Mri.
De arts begint te spreken over de kiesten die vijf jaar geleden in mijn lijf aanwezig waren. “Dokter naar mijn weten vertoeven deze enkel in de buik. Geen herinnering dat dit in de hersenen kan aanwezig zijn.” “Ik weet het niet Jasmine. Wat jij hebt voorhad was een zeldzaamheid en onbekend voor ons.”
Ik voel vanalles in mijn lijf veranderen. Het zonder vrees en paniek, het vertrouwen en geloof – want een meningoom opzich is niet iets waarover paniek of angst moet zijn – neemt een andere wending aan.
Een gewaarwording aan mijn neusvleugels… trekt mijn energie weg. Twee bewegingen zijn voelbaar, een neerwaartse waarbij ik het gevoel heb dat de grond van onder mijn voeten wegzakt. Een andere gewaarwording die me in weerstand steekt en verhinderd om in elkaar te stuiken.
“Dokter wat je me meedeelt brengt me totaal iets anders. En hoewel ik geen vrees had ben ik nu wel geschrokken. Ik had de link niet gelegd.”
We bellen onmiddellijk naar de Prof. die me opvolgd wat de parasieten betreft om duidelijkheid te weten.
‘Het is niet uitgesloten’ hoor ik zeggen. Er kan dus een verband zijn.
Mijn lijf heeft zin om te schreeuwen.
Veertien dagen staan me voor de boeg in afwachting van een onderzoek. “Je mag me dan opbellen op 31 mei voor de resultaten”, deelt de dokter me verder mee. “Allé, benieuwd wat mijn verjaardagscadeau zal brengen.” “Oeie…” Ik deel de arts mee dat ik eind juni op weg ga. “Ah en naar waar ga je?” “Jeruzalem… en met of zonder… ik vertrek.” “Je hebt al getoond dat je het aankan Jasmine. We gaan ervoor hé. We zorgen ervoor dat wat moet gebeuren of niet, gepland kan worden”. Voilà, daar hou ik van… we gaan ervoor.
Ik kom buiten en voel me stil worden. Dit kan ik nu even niet alleen dragen en bel een vriendin op.
Aan mijn voeten een dappere klaproos die het leven tegemoet kwam ten midden de stenen.
In mijn gedachten zie ik beelden terug die ik zaterdagavond zag tijdens een drumcirkel. Vuur…dans… twee personage. Een klein gestalte met pekzwart lang haar en een bleek lang harige dierenhuid als kledingstuk. Nadien zelfde klederdracht maar dan met een breed hoofd zonder haren, wel een groot gewei.
Ik voel de kracht van toen terug opkomen. De voelbare herinnering van mijn handen in de zachte aarde, waar ik doorheen de avond zo een behoefte naar had en op het einde mocht uitstrooien.
Mijn lijf roept naar de aarde, als een diep verlangen om deze op mijn naakte huid te mogen voelen.
Onder de ‘vrijheidsboom’ van Laarne, een Plataan….wachtend op de bus, wordt de zon gefilterd…