Crozant

Ruïne de Crozant

Het venster is wazig. Er zitten dauwdruppels op. Ik ga even naar buiten. Brrr… er ligt vorst op de planten. Ik warm mijn eten van gisteren op. Ondertussen ruim ik de gite op en maak mijn rugzak klaar. Na het ontbijt ga ik naar het gemeentehuis om de sleutel terug te geven en te betalen. Een koffie in de bar en dan ben ik klaar voor vertrek.

In plaats van de Compostella route kies ik voor de GR 654. De weg daalt naar de rivier, of het nu la Creuse of l’Indre is, ik weet het niet want is er wel een grenslijn in het water. Vandaag verlaat ik het departement la Creuse voor l’Indre via de brug van Crozant. Soms begrijp ik de departementen niet goed. Een prachtig stuk GR route, van Crozant naar Cuzion wandel ik door de bossen en langs het water bij le lac d’Éguzon en zijn stuwdam.

Het is fijn om andere paden te kiezen dan de bekende Compostella-routes. Dit is beter voor je voeten, zo trotseren ze minder asfaltwegen, en de natuur geeft me meer energie. Het is minder vermoeiend, of beter gezegd, een gezondere vermoeidheid.

Een pelgrimstocht. Het gaat niet om het aantal kilometers, de snelheid of het einddoel. Voor mij draait het om de intentie bij elke stap en ontmoeting met mezelf en anderen. Het is rust vinden in het verleden om balans te hebben in het heden, zodat ik me geen zorgen hoef te maken over morgen.

Je wandelt de weg op je eigen manier, rekening houdend met je noden en met respect voor jezelf. Je doet het vooral voor jezelf, en daarna pas voor anderen. Altijd dezelfde paden wandelen zorgt ervoor dat je steeds dezelfde ervaringen hebt. Het doorbreken van deze routine en nieuwe horizonnen verkennen voelt goed. Het is vernieuwend en verrijkend. Angsten verdwijnen, zodat je weer kunt groeien. Die eerste camino was nodig om vandaag te begrijpen wat belangrijk is. Stel jezelf open op een manier die je respecteert binnen je grenzen. Zet stappen naar anderen met de ogen van een kind open en nieuwsgierig.

Net voor Cuzion loop ik een lange weg door het bos. De laatste stappen voor vandaag.
Voor mij mijn schaduw die me de weg wijst. Boven mij honderden kraanvogels (Les Grus).
Aan de horizon staat een heldere volle maan omringd door het diepe blauw van het blauwe uurtje.

Valkuil

Een doosje tonijn, twee appels en pompoenjam… een pakketje van Paulette. De zon schijnt. Met een extra trui, handschoenen en goed ingeduffeld vertrek ik voor een nieuwe dag.

Even terug in de tijd.
Twee dagen geleden, na een wandeling van Bourganeuf naar Chatelus, kwam ik vroeg aan. Ik had geen zin om in dit dorp te blijven, omdat er geen plek was om anderen te ontmoeten. Ik herinnerde me dat Bénévent daar betere mogelijkheden voor had. Maar ik twijfelde of ik moest gaan of niet. Uit ervaring weet ik dat twijfelen niet helpt, dus luisterde ik naar mijn gevoel en koos ervoor om te gaan. Ik had behoefte aan contact met mensen.

De weg was echter nog lang en ik was moe om verder te lopen. Bij de eerste duim kreeg ik al een lift. Een fijne babbel tijdens de rit… de mensen brachten me 20 km verder naar Bénévent, de laatste etappe van ‘la voie de Rocamadour’.

In de vooravond had ik een leuk gesprek met een vrouw over symboliek en ervaringen tijdens de reis. Nadien had ik een overnachting bij Dominique de Gent, met zijn bijzondere achternaam, en samen met zijn dochter en kleinkinderen keken we ’s avonds naar Josephine Ange Gardien. Ik was blij dat ik naar mijn intuïtie had geluisterd.

Het vertrek in Bénevent was regenachtig en koud. Niet plezant. Gisteren kwam ik vermoeid aan in La Souteraine na 10 km stappen en 10 km in autostop.

Vandaag realiseerde ik me waarom ik gisteren zo moe was. Ik viel in de valkuil van niet in het nu te zijn, met gedachten over mijn volgende pelgrimstocht, de keuze om te liften om tijdsdruk te vermijden, en mijn verantwoordelijkheden voor mijn metekind. Ook de weersomstandigheden hebben mijn fysieke toestand beïnvloed. Dit zorgde voor spanning in mijn lijf, wat leidde tot pijn in mijn onderrug en verminderde kracht in mijn onderbenen, wat uitputtend was.

Iedere stap zette ik vandaag bewust neer. Voel ik spanning, dan blijf ik even staan en neem ik de tijd om in mijn lichaam te komen voordat ik verder ga. Al zingend loop ik door de velden, improviserend met klanken. Mijn mond beweegt in alle richtingen, zelf in de dorpen, en dan zing ik ‘bonjour’ als ik iemand ontmoet. Dit is bevrijdend en ik voel mijn lichaam ontspannen, mijn humeur is vrolijk.
Het is oké dat dagen zoals gisteren bestaan, want ook een baaldag heeft zijn waarde, ook al is het niet leuk. Het wegduwen van deze gevoelens heeft geen zin. Sterker voordoen dan ik ben, werkt alleen maar tegen me. Dit was ooit onderdeel van mijn overleven.
Het onder ogen zien van mijn gevoelens is waardevol. Wanneer ik me bewust ben van wat er gebeurt, kan transformatie plaatsvinden. Het is een proces waarin laag voor laag wordt onthuld, in een vloeiende beweging zonder druk. Daarvoor ben ik dankbaar voor mijn weg, mijn inzichten en mijn kracht. Dankbaar dat ik vandaag trouw kan blijven aan mezelf en voor wat er is en hoe het mag ontstaan.

Aangekomen in Crozant krijg ik hulp bij het vinden van de sleutel voor de gite. Ik ontvang ook gratis toegang tot het interactief centrum om kunstenaars en impressionisme te leren kennen. De zin om terug te tekenen groeit. De kleine prins kijkt mee.

Rond mij staan vier bedden in een slaapzaal. Terwijl ik schrijf, voel ik de warmte van een elektrisch vuurtje op mijn rug. Lange neonlampen maken deze ruimte onaangenaam. Buiten waait de wind af en toe tegen de deuren. Het portaal van de kerk is verlicht, zichtbaar vanuit mijn bed. Mijn ogen willen rusten.

Pelgrimsgite-Crozant

Nini

9 mei – Na een gezellige avond bij Nadine en Bernard geniet ik nog van een ontbijt samen. Bernard brengt me nadien terug naar Cuzion waar gisteren mijn dag eindigde. Een smal pad neemt me mee doorheen een bos, een sterke afdaling richting la Creuse. Een prachtig stuk natuur.  Op een geheven moment besef ik dat ik een pijl van de weg heb gemist.  De lange weg brengt me omhoog op een plateau. De wind is er sterk en krachtig. Af en toe komt de zon een goeie dag zeggen.  Kort na de middag kom ik aan in Crozant. Na een afdaling kom ik langs de ruïnes van het kasteel. Het is hier zo rustig en sereen dat ik beslis om hier mijn nacht door te brengen in de refuge.  Een oude kantine. Ik breng mijn gerief in de kantine en ga wat kuieren in het dorp. Eén bakkerij, 2 kruidenierswinkel en een gerenommeerd restaurant. In het eerste winkeltje ga ik binnen.  Een hoogbejaard vrouwtje Nini la Berthonière zit op haar stoeltje ten midden haar etenswaren. Ik koop er wat drank en groenten en meld haar dat ik binnen een uurtje terug kom om haar gezelschap te houden. “Ah, c’est bien ma fille. C’est gentil”. Een uur later was ik er terug. Nini wist niet meer wie ik was.