De korrel

image

25 mei – De nachtrust in de pastorij heeft me goed gedaan. Samen met Patrick verlaten we de pastorij na een rustig ontbijt. In de stad gaat Patrick nog even naar de kerk. Onze wegen scheiden zich. Een lange weg een drukke baan, niet zo plezant.  Een heel eind verder stopt er een wagen midden de weg en rijd kort erna verder. Zou dit een signaal geweest zijn. Inderdaad,  net daar een afslag naar rechts. Zonder deze wagen had ik het niet gezien. Dank je wel wagen. Ik ga de weg toch in met enige twijfel omdat de wegwijzers er totaal anders uitzien. Mijn vastberadenheid neemt de bovenhand. Ik neem de rest van mijn popcorn. Een korreltje valt op de grond. Ik dacht ‘een korreltje voor Patrick zoals in klein duimpje 🙂  . Bovenaan de heuvel kijk ik naar de mooie natuur rond me heen, in de verte Patrick. Zou dit korreltje dan toch zijn gehad hebben 😉  . De rest van de weg delen we samen. Rond de middag nemen we een stop op de enige plaats waar we kunnen zitten, het muurtje van de kerk.We eten onze picknick en vertrekken nadien richting Pellegrue waar we samen in de refuge zullen overnachten na eerst het enige voedsel die er is in de stad te nemen als avondmaal, ‘  een pizza’.

Le popcorn de Thierry

image

24 mei – De weg roept me. Snel krijg ik het ritme terug van de camino. De buizerd komt me een goede reis wensen. Via de Dordogne naar de wijnvelden.  De tocht is zwaar en afwisselend. Stevige hellingen. Door de vele onweersbuien is de grond in de wijnvelden modderig. De klei blijft stevig aan de schoenen kleven. Uit de velden komt een kleine hond naar me toe lopen. Hij heeft een zware ketting rond zijn nek en vind het plezant zijn scherpe tanden te laten tonen. Ik bescherm me met mijn wandelstokken. Ik sta ter plaatse te draaien door de snelheid van de hond. De eigenaar kan net zijn hond in bedwang houden.
Verderop kom ik aan een overstroming. Blootsvoets steek ik het riviertje over. Fris en deugddoend. Ik vergat bijna de popcorn van Thierry.  Met mijn hand grabbel ik in de zak popcorn. Ik draai me rond en zie het mooie landschap rond me. Een 360° cinema.

Bergerac

image

22 en 23 mei – Een dagje rust bij Anne-Sophie (collega fotograaf.Auteur van het boek ‘Souvent, Regine oublie’), Thierry en de kinderen, Octave et Louis, werden twee dagen rust. Anne-Sophie ontmoette ik vorig jaar voor de eerste keer in Barrobjectif.  Een fijne 2 daagse met een bezoek aan Locale 26 waar het onderwerp fotografie niet ontbreekt. Een boeiende voordracht over archeologie.  Genieten van het samen zijn met de kinderen. Gezellige babbels. Boodschappen met Thierry in de supermarkt waar ik met grote ogen sta te kijken naar zijn efficiënte manier van winkelen. Aan de kassa aankomen en vragen of ik zin heb in popcorn. Ik zie in zijn ogen het plezier van het ‘kind’ in hem om het klaar te maken. Ik kan dit hem niet ontnemen.  Hij rent door de winkel heen en terug met een grote glimlach. Ik geniet van dit te mogen zien. Mijn voeten hebben er deugd van om te rusten en gelukkig verdwijnt de zwelling. De kinderen afhalen naar school en bij het naar huis rijden horen we Octave zingen uit volle borst ‘Aleluia,  alleluia. Il y a de la joie dans mon coeur.  Aleluia je chante pour toi’. We eindigen met zijn drieën uit volle borst. Het was een fijn samen zijn en weerzien.

Bienvenue

image

21 mei – Met droge kleren verlaat ik het hotel waar ik van een goede nachtrust heb mogen genieten.  Af en toe laat de zon zich zien. Haar warmte is voelbaar op de huid. Na een waterpartij zie ik een pijl om
links af te slaan. Ik twijfel. Ik neem een weg op een pas afgemaaid gras pad.  Ik zet een stap en nog voor ik mijn voet neer plaats schreeuw ik een vloekwoord uit. ( sorry St . Jacques). Nog 10 cm lager en ik plaatste mijn voet neer op een slang. Ik schrok van haar, zij van mij. Terug haalt een slang mij uit een ‘dwalende gedachte’. Ik denk terug aan mijn twijfel en keer terug op mijn stappen. ‘Just’ de pijl werd te vroeg geplaatst.  Nog voor Bergerac kom ik langs twee mooie, pittoreske dorpjes. Ik hou halte. Eén dorpje heeft een kippenkwekerij. De kippen lopen er vrij rond in het dorp tussen de huizen, in de tuinen en bossen. De regen van gisteren heeft de weg modderig gemaakt. De grond blijft aan mijn voeten kleven. Wanneer je Bergerac binnenkomt loop ik ongeveer bijna twee kilometer doorheen een mooi aangelegd park. Grijze wolken, ze worden donkerder. Ik zie twee lagen wolken naar elkander toegaan en besef dat ik nog weinig tijd heb om mijn regenvest aan te trekken. Net de rugzak op en het begint goed te onweren.  Mijn inschatting was juist. Het enige wat ik kon doen is in de struiken in achterwaartse beweging verdwijnen.  Daar sta ik dan voorovergebogen, leunend op mijn wandelstokken met mijn poep in de struiken.  Zelf deze houding beschermd me niet van de hevige regen. Een uur later kom ik aan bij Anne-Sophie en Thierry. Aan de deur hangt ‘bienvenue Jasmine’. Een warm bad volgt al heel snel met veel lekkernij.

Platte batterij.

image

20 mei  – Méteo: orage, vent 100km/h. Via de kathedraal verlaat ik de stad en neem de Camino weg via Bergerac.  Al heel snel wandel ik in de natuur en ontdek heel mooie hoekjes en bezienswaardigheden, ‘La Maladrerie’ uit 1296 waar pelgrims toen onderdak vonden. Uren wandel ik doorheen de prachtige natuur van de Dordogne. De ganse dag zie ik rond mij heel donkere wolken en hoor ik in de verte onweer. Het laat slapen gaan eist zijn tol en al heel snel voelt mijn rugzak zwaar. Gelukkig zijn de bijzonderheden op de weg er je om een duwtje in de rug te geven. De acacia staat volop in bloei en af en toe blijf ik eronder staan om me te laten bedwelmen door zijn geur. Ik kijk op mijn stappenteller nog 2 km te gaan. Ik ben er bijna! Zal ik het halen nog voor het onweer losbarst.  Neen! Wind, lichte regen. Net voor het kruispunt ‘les trois frere’ krijg ik een volle lading. Doorweekt. Ik blijf wandelen en heb de indruk dat er iets niet klopt. Ik tel al veel meer stappen dan wat er werd vermeld op een gids die ik kreeg in Périgueux.  Een hagelbui! Niet weten waar naar toe! Geen huizen. Voor een keer ik een plan volg gaat het verkeerd. Ik ben op. Ik krijg koud. “Komaan Jasmine volhouden, komaan” hoor ik mezelf zeggen. De tranen rollen over mijn wangen. Ik blijf volhouden. 6 km verder stap ik binnen in een hotel. Een warme douche,  een lekker avondmaal. Mijn druipende kledij en doorweekte schoenen worden gedroogd in de verwarmingskamer. Ik krijg een yacuzzi en sauna aangeboden.  Zelfs dit kon ik niet meer aannemen. Platte batterij.

Périgueux

image

19 mei – Richting Périgueux.  Mijn weg gaat door bossen, het gaat vlot. Om 13 uur kom ik al aan in de voorstad van Périgueux.  Het is heel warm. Voor ik de stad binnen ga probeer ik nog een sportwinkel  te vinden. Een nieuwe broek is echt noodzakelijk geworden, zonder centuur hangt deze gewoon op mijn kuiten 🙂 .
De winkel is aan een gans andere kant van de stad. Ik overweeg autostop. Een dame stopt en zet me af aan de winkel.  “Fait tes courses, ne court pas je t’attend et puis je te conduit a la Cathedral”. Ik laat een diepe zucht van opluchting. In een mum van tijd ben ik terug buiten met een nieuwe broek aan mijn poep en een lichter e slaapzak. Naar de kathedraal.  Buitenuit ziet ze er heel imposant uit. Binnenin heb ik geen enkele voeling met haar. Koud, afstandelijk,  hard. Wanneer ik door de straten wandel valt het me op dat ik een ander gevoel heb in tegenstelling tot vroeger. Waar ik vroeger voortdurend met mijn camera zou rondgelopen hebben, zegt me vandaag niets meer. Een fijne evolutie waar ik van geniet.
Ik kom vroeg aan in de refuge. Een heel lieve hospitaliere ontvangt me. Samen met zeven andere zal ik hier verblijven. Na een verfrissende douche, de post om mijn rugzak zo een 2500 gram lichter te maken. Eten voor deze avond.  Een potje koffie met een boekje in het zonnetje op een terras.
Het afsluiten van de avond vind ik niet zo fijn. Pelgrims die niet komen opdagen zoals afgesproken, die geen sleutel hebben om binnen te kunnen. Waardoor anderen niet kunnen gaan slapen.  Die bij het binnenkomen heel luidruchtig zijn en een onaangenaam geurtje van alcohol met zich meedragen. Al heel snel zie je de verschillende beweegredenen van pelgrims op de weg.

Ultreïa

image

18 mei – De ochtendzon, de vogels komen me een goede morgen zeggen. Ik strek me uit. Het is nog rustig in de Chambre d’hôtes bij Jos en Jeannine. Een nachtje in een kamer alleen doet me goed om te recupereren.  Een korte dag van 19 km zal me ook goed doen. Ik vertrek al zingen en neuriën. ‘Ultreïa’. Ondertussen is Nick een dagje voor. En zo gaat dit op de Camino.  Pelgrims komen en gaan je ontmoet ze op verschillende plaatsen en met sommige deel je een stukje van de weg tot je ze niet meer ziet. Op 4 km voor Sorges zie ik in een tuin een zwembad.  Met het warme weer zou ik geen neen zeggen tegen een duik. Bestaat dit ‘watertanden’ voor een zwembad 😉 ? Ik zie zelf de mensen niet die ernaast zitten tot ik hoor roepen “hè,  les ch’ti c’est ici”. Gerard en Marie zitten op het terras samen met de mensen die er wonen. Ik vergezel hen aan de aperitief tafel.  Ik hou het sober. Twee uur later verlaten we deze plaats om een uur later terug uitgenodigd te worden, deze keer voor de koffie. Allemaal heel aangename ontmoetingen vol vreugde.  In Sorges ben ik plots met zes pelgrims,  oeps dit is veel wanneer je uit de rust van de natuur komt.
‘Tous les matins nous prenons le chemin,
Tous les matins nous allons plus loin.
Jour après jour, la route nous appelle,
C’est la voix de Compostelle.
Ultreïa!  Ultreïa!  Et suseia Deus adjuva nos!

Chemin de terre et chemin de Foi,
Voie millénaire de l’Europe,
La voie lactée de Charlemagne,
C’est le chemin de tous les jacquets.
Ultreïa!  Ultreïa!  Et suseia Deus adjuva nos!

Et tout là-bas au bout du continent,
Messire Jacques nous attend,
Depuis toujours son sourire fixe,
Le soleil qui meurt au Finistère.
Ultreïa!  Ultreïa!  Et suseia Deus adjuva nos!
(Parole et musique Jean-Claude Benazet)

La couleuvre

image

17 mei – “Tu a bien dormi”. “Non”. “Et toi”. “Non”. Het resultaat van een avondje lachen, zingen en nieuwe ontmoetingen.  Gerard en Marie (twee nieuwe pelgrims) zijn al de deur uit. Ik ga nog even langs de supermarkt om eten. Het wandelen gaat goed. De natuur veranderd. De temperaturen worden warmer. Andere geuren. Een groot deel van de wilde planten zijn niet meer te zien. Andere zijn in de plaats gekomen. De geurende kamperfoelie.  De clematis.  De Vlier. Naaldbomen.  de Nièvre, la Creuse, le Limousin kom ik beetje per beetje dichterbij de Perigord. Fladderende vlinders,  een Icarus blauwtje die plots verschijnt uit het lange gras. Over een rivier, een brugje die zo bol is gemaakt dat mijn twee wandelstokken noodzakelijk zijn om me er overheen te komen. Een salamander is er aan het zonnebaden. Ik kijk hem zodanig aan dat ik me omdraai en in het midden van de brandnetels sta. Een portie bloedzuivering. Op een lange weg dalen mijn gedachten weg. Op twee meter voor me zie ik iets zilvergrijs, dubbel en de lengte van mijn schouders in S-vorm verdwijnen. “Aahhh”, een kreet. Ik ontwaak. Une couleuvre.

De wind

image

16 mei – Met vier personen ontwaken in een kleine ruimte die zowel dienst doet als keuken en slaapkamer,  vind ik niet eenvoudig. Zoals iedere morgen probeer ik mijn rugzak te vullen in een bepaalde volgorde om niets te vergeten.  Het lukt me, hmm dat dacht ik toch! Tot tweemaal loop ik terug naar de refuge omdat ik iets vergeten ben. Mijn telefoon en nadien mijn Sint Jakobsschelp.  Met een goede opwarming vertrek ik uiteindelijk voor een nieuwe dag vol ontmoetingen en ervaringen.
Ik gekwaak van kikkers doen vermoeden dat er waterpartijen in de buurt zijn.
Een krachtige koude wind duwt me naar rechts. Ik kruis mijn benen links zijwaarts zodat ik terug op de juiste plaats wandel. Het doet me denken aan een danspas van vroeger. De naam ontsnapt me. De wind blaast de aren van het graan in alle richtingen. Als ik er naar kijk word ik bijna tiepsie (dronken). Een bejaarde man is aan het wieden in de tuin. “Bonjour monsieur,  le vent qui souffle comment s’ appelle t’il”? “Le vent du Nord”. Hmm, geen ‘Tramontane’. Dit woord had ik liever gehoord, het doet me denken aan mijn grootouders toen ze in het zuiden woonden. Gewoon om me erop te wijzen dat ik verbonden blijf met het noorden 😉  .

Limoges

image

15 mei – Nog voor ik Limoges verlaat ga ik eerst nog op zoek naar nieuwe kousen.  Een paar kousen zijn tot op de draad versleten.  Goede degelijke kousen vinden in steden is niet vanzelfsprekend.  Gelukkig vind ik er waar een beetje Merinowol in vermengd is. Vertrekkensklaar.
Pas om twaalf uur verlaat ik Limoges in de hoop ik op de goede weg ben. Een grootstad binnen komen doe je meestal met de Sint Jakobsschelp op de grond die je de weg wijst naar de Kathedraal of Basilique.  Eenmaal buiten de kathedraal is een andere zaak en zijn de schelpen niet meer zichtbaar. Ik verlaat dan maar Limoges via de nationale richting Périgueux.  Na zes kilometer verlaat ik de nationale en steek ik  een brug over. Ik ga hulp vragen in een school.  Computer open en al heel snel wist ik dat mijn weg ok is. Nog eerst krijg een potje koffie aangeboden en gebruik ik even hun toilet.  Nu nog terug de schelp (kenteken) mogen ontmoeten. En ja, drie kilometer voor Flavignac ben ik terug op de Camino. De laatste kilometers zijn zwaar en blijven maar stijgen. Aangekomen zoek ik heel snel een bar, ik plof me neer ” Bonjour, un Panach svp”. Amai dat is lang geleden.