Meloenfeest

Tien uur, de klokken luiden van de kerk van Ligugé. Zowat een vijventwintig mannen in donkerblauw-zwart gewaad wandelen per twee en na elkaar in stilte naar de kerk. Ik verlaat de kamer en trek de wijde wereld in. Rondom rond hoor ik geweer schoten. Honden die blaffen en een getoeter. Oeps, dit was me ontsnapt, de jacht. Ik blijf rustig verder stappen zonder me echt zorgen te maken. Ondertussen maak ik gebruik van FB voor een vraag in verband met het jachtseizoen. Zoveel jaren geleden kon een pelgrim dit niet voorstellen. De dorpen zijn stil, geen kat te bespeuren.

Vroeg in de namiddag zie ik plots veel wagens. Een feest, een braderie, een rommelmarkt… het meloenfeest. Ik laat me verleiden door een Mirabellen-taart. Mensen staan me met grote ogen aan te kijken. Een grote rugzak en wandelstokken zijn waarschijnlijk niet de courante outfit voor op een feest. In een zaal een tentoonstelling. Op een tafel staan prachtig gedraaide houten voorwerpen. Ernaast een briefje met een naam en tourneur amateur.

‘Pardon monsieur, c’est vous le tourneur?’ ‘Oui.’ Een tengere man, klein van gestalte, getekend door de tijd. ‘Pourquoi avez-vous marqué tourneur amateur, votre travail est d’une qualité professionnelle?’ Wat beschaamd kijkt hij me aan. Een glimlach is ergens te zien in een verborgen hoekje. Zijn vrouw dankt me. Met de geur van het hout verlaat ik de zaal. Buiten zijn kinderen aan het spelen bij een kraam om eendjes en gekleurde ballen te vangen. Ik geniet van de vreugde van de kinderen. Bij het kiezen van hun beloning valt me iets op. Het kraam is verdeeld in twee. Rechts allemaal donkere kleuren en geweren, links rozen en prinsessen. De kinderen kunnen enkel kiezen volgens geslacht. Een kinderkraam die is blijven stilstaan in de jaren stilletjes en vastgeroest in ideeën.

Een lange muur van droog hout. In de boomgaarden zie ik hier en daar geel verschijnen. Zou dit het begin zijn van de herfst die zich aankondigt? Het voelt wat bizar terwijl de krekels nog in volle glorie hun gezang laten horen. Een hert dat een elegante sprong maakt over een heg. Een vos die me met grote ogen verwonderd aankijkt en verdwijnt tussen de lage braambessenstruiken. Mijn hart voelt vreugde bij al dit moois en de kleine prins…

De wind blaast mijn haren naar achteren en streelt mijn oren. Hier en daar een druppel regen. Ik laat mijn huid ervan genieten zonder me op te sluiten in een of ander beschermkledingstuk. Met de vele stijgende trappen kom ik aan in Lusignan. Un refuge pelerin. Ik twijfel. Bel aan. De moeheid laat me in twijfel. Er vloeit iets niet. Ik loop een uur rond op zoek naar een overnachting. Tot ik het opgeef… een vrouw staat ontspannen aan haar deur. Een uitnodigende blik. Bij Isabelle en haar zoon Paul.

Plaats een reactie