Een heftige stijging ’s morgens vroeg. Een goede opwarmer. Voet voor voet…en zo ga ik naar boven… Is eens wat anders’ dan deze duim op… ‘
Een lang stuk bos om nadien een afdaling op asfalt te hebben richting Pontarlier. Mijn lichaam weet dit minder te appreciëren. In het stijgen kan je je snelheid aanpassen, bij een afdaling mag je je nu nog zo afremmen, de schokken in knie en heup blijven hetzelfde. En de knieschijf vind dit niet altijd leuk. Al bij al doet mijn lichaam het heel goed. Een portie gezond verstand, bewustzijn en zelfzorg is een goede mengeling om je weg gezond tot een goed einde te brengen. En een trofee kan de waarde van mijn lijf nooit evenaren. Na een maand stappen en leven in de natuur in heb ik geen huidproblemen meer, geen lever en darmen die protesteren.
Bij de afdaling zoeven een paar fietsen aan een snelheid me voorbij. Een man stopt en vraagt “Vous êtes perdu ?”. We geraken aan de praat.
Een uitnodiging volgt. Een telefoon nummer. “Je vous invite. C’est après midi je vais au théâtre. Ce soir je suis seule, ma femme elle doit partir. Si cela vous fait rien vous êtes la bien venue. Je préfère vous le dire. Nos deux avons son plus à la maison, donc en a de la place.”
“Merci, pour votre invitation et votre partage. Je prends le numero avec plaisir. Je vais voir le moment que j’arrive à Pontarlier. Ce qui ce présente sur mon chemin. Merci à vous.” De man fietst verder.
Een onaangenaam gevoel komt in mijn lijf. Angst. Oh, een oude laag die aan de oppervlakte komt. Ik voel dat de angst mij in verdriet brengt en ik zou kunnen uitbarsten in tranen. Een onderliggend gevoel van bedrogen te worden op mij spontaniteit en vreugde. Ik probeer het evenwicht te houden tussen mijn denken en gevoel, tussen angst en intuïtief aanvoelen…
Wat brengt het mij… Zonder er mentaal mee bezig te zijn en te vertrouwen zullen de volgende uren me wel duidelijkheid brengen.
Een lange vlakte van industriële gebouwen en winkels gaat vooraf voor ik in het centrum ben van Pontarlier. Het centrum één lange brede straat met grote vierkante gebouwen. Het ziet er een beetje militair uit. Winkels van gekende merken zoals bij ons. Kleine zijstraten. Ik klop aan bij le presbytère, niemand.
Ik wacht onder het portaal van de kerk. Een onweer barst los. Een aangename geur komt vrij. Het werd tijd dat het even regende, de grond was droog ook al hebben ze hier nog in februari overstromingen gekend door de lang aanhoudende regenbuien.
Het stuifmeel kleurt de straten geel. Dikke druppels kletsen in de waterplassen. En ik… Ik sta droog te genieten van het onweer.
“Bonjour madame, savez si dans la ville il y a un endroit où ils font dormir les pèlerins svp ?”, vraag ik aan een vrouw.
Een korte tijd nadien zit ik met vijf vrouwen en twee meisjes, allen met een verschillende nationaliteit, aan tafel koffie te drinken. Een huis waar jonge moeders kinderspullen kunnen aan lage prijs aanschaffen.
Hannah één van de vrijwilligers nodigt mij uit bij haar thuis. ‘Une soirée en famille’ . Na het avondmaal kijken Noa, Aaron – haar twee zonen – en haar man David naar de voetbal. Hannah zou graag nog een avondwandeling maken. “Allez y Hannah, je débarrasse la cuisine, la petite vaisselle. Cela ne m’ennuie pas du tous. Profiter de votre balade”, stel ik haar voor. Na de keuken te hebben opgeruimd draag ik een dessert naar de jongens. “Voilà, et un petit dessert pour les supporters !” Een grote glimlach komt tevoorschijn. “Merci beaucoup pour qui vous êtes, Jasmine”, deelt David me mee.