En op en neer, en op en neer… De ene afdaling en stijging na de andere doorheen een groen dichtbegroeide natuur. Mijn ontmoetingen… een paar honden… Zelf eentje als zijn baasje niet terug was gevonden… waren we waarschijnlijk nu samen. Aan een bar zie ik een hond lopen. Ze komt naar me toe, totaal niet vreemd en weet heel goed de tekens te begrijpen. Op een bepaald moment glipt ze de bar binnen, ik doe alsof ik het niet gezien heb. Onweer, donderslag buiten. Ze heeft schrik. Ik zet me bij haar op de grond… wat schuchter… Na een tijd komt ze bij me. Ze duwt met haar kopje tegen mijn hand, ze vraagt om gestreeld te worden.
Een half uur later mag ze terug naar huis. Wat een lieverd. Na het onweer wandel ik verder richting Poggio Bustone, het convento. Waar Franciscus heeft geleefd. Een behoorlijk pittige en zalige dag om het laatste stuk te wandelen van de via ‘Con I Ali Ai Piedi’. Als ik even achteruit kijk was het geen eenvoudige weg. Een weg waar volharding, kracht, geduld nodig was. Hoe dichter naar Poggio Bustone hoe meer signalisatie er te zien was. Van het ruwe Gargano naar het zachte Lazio. Een weg waar toch enige ervaring noodzakelijk is.
Uit het bos zie ik in de hoogte het dorp en nog wat verderop naar rechts het Convento. De laatste stevige klim van de dag.
Aangekomen… stap ik de kerk binnen… Een kerk die de naam draagt van de Heilige Jacobus. Franciscus en Jacobus samen. In de kerk is een jongeren groep aanwezig… Ik zet me bij… Plots zonder enige aanwijzing begin ik te wenen… Een rust komt over mijn lichaam… Telkens wanneer ik dit heb op deze tocht is het alsof er telkens iets in mij een stap vooruit maakt en ik duidelijke antwoorden krijg. Alsof ik telkens een mantel aflaat en naakter maar rijker wordt. Een bijzondere plaats… Na de mis bezoek ik het sanctuary en vroeger klooster. Het is hier even vredig en met dezelfde energie als in de Abbazia di San Magno. Trappen naar beneden, kom ik in de ruimte waar Franciscus samen met zijn broeders heeft gebeden. Wat verder een kapel gewijd aan aertsengel Michael.
Voor het slapen gaan geniet ik van de rust en stilte in de natuur. Het is er zo stil dat je aan de andere kant de wilde dieren hoor roepen in het bos. Een halve maan is al van de partij… het wordt vroeg donker… Ik voel mijn lijf zwaar worden.. Tijd om te gaan slapen.